"In elk geval" door Alex

Horen De Doodemanskisten bij uitvaart?

 

De Doodemanskisten en uitvaart is een erg voor de hand liggende associatie. Maar toch, in mijn gedachten verbind ik deze woorden onbewust absoluut niet meer met elkaar.

Een twee uur durende heerlijke overtocht, ‘hoofdstad’ West, pittoreske dorpen, Waddenkust, duinen, flora en fauna, brede stranden, cranberry’s, Hessel, prachtige fietspaden, Hotel de Walvisvaarder, overweldigende rust, en dat in combinatie met bezoek aan onze op het eiland wonende fijne vriend, maakt dat we altijd met veel voorpret afreizen naar Harlingen Haven. Aankomst op het eiland voelt voor ons als thuiskomen. Bepakt en bezakt fietsen we daarna altijd als eerste langs de Waddenkust – buiten hoogseizoen verlaten als Patagonië - naar het plaatsje Lies, vlakbij Hoorn, waar we tijdens ons verblijf altijd in relatieve rust mogen logeren.

De natuur op Terschelling is wonderschoon. Zo’n 80% van het eiland bestaat uit natuurlijk duinlandschap en kwelders, met natuurreservaat de Boschplaat aan de oostkant als prachtig hoogtepunt. Hier groeien zeldzame kweldervegetaties als lamsoor, zee-alsem, zoutmelde en andere zoutminnende planten. Het is ook een eldorado voor vogels als lepelaar, grote stern, visdief, aalscholver en diverse soorten meeuwen. Op het westelijke deel van het eiland is het ook heerlijk toeven. Een groot deel ontstond toen een zandplaat rond 1850 samensmolt met het ‘oude’ Terschelling. In natte duinvalleien groeien Amerikaanse veenbessen (bekend als cranberry’s). De plant ontwikkelde zich op het eiland nadat in 1845 enkele vaten met bessen aanspoelden.

Op onze fietsen doorkruisen wij tijdens ons verblijf vrijwel dagelijks het mooie eiland. Heerlijk uitwaaiend genieten van overvloedige natuur, zee, wadden, dorpen, strandtent, bruine kroeg, brasserie, Hessel en op gezette tijden een kleine excursie, vinden wij telkens weer een klein feestje. Tijdens één van die fietstochtjes, aan de noordwestzijde van het eiland, stonden we ooit eens voor een klein duinmeertje, genaamd De Doodemanskisten. Een wat onwerkelijke naam in een zo mooi natuurgebied, vonden wij. Onze eerste gedachte was: Hier zullen vast zeelieden of vroegere bewoners van het eiland begraven liggen. Maar, zo bleek bij navraag, over de naam De Doodemanskisten bestaan wel mythes maar geen enkele zekerheid. Een van de mythes wil ons doen geloven dat de naamgeving inderdaad een verwijzing naar een drenkelingenkerkhof is. Een van de andere mythe zegt dat 'doodemans' worstvormige, korte en dikke bossen rijs waren die vroeger werden gebruikt als bekisting om de laagte in duinen af te sluiten. Als die mythe op waarheid berust dan moet er vroeger vanaf die plek een open verbinding met de zee geweest, zo wil het verhaal.

Hoe dan ook, het binnenmeertje dat tenminste sinds 1769 bestaat, wordt door ons als we op Terschelling vertoeven altijd even aangedaan. De natuur tiert er in al haar facetten welig en het is er wonderschoon. Daar waar je bij de naam De Doodemanskisten een associatie met de uitvaart zou verwachten, hebben mijn vrouw en ik dat absoluut niet. De Doodemanskisten associëren wij sinds jaar en dag niet met uitvaart maar met het wonderschone Waddeneiland Terschelling. Wat niet wil zeggen dat de link met uitvaart gemakkelijk kan worden gemaakt. Wij hopen echter dat we de associatie met Terschelling nog lang mogen blijven koesteren.

De Doodemanskisten horen dus wat mij betreft hopelijk nog vele jaren niet bij uitvaart.

Cookie instellingen